
Biodiversiteit ondersteunen tijdens de Olympische en Paralympische Spelen Londen 2012

Biodiversiteit was een van de vijf prioritaire duurzaamheidsthema's van de Olympische en Paralympische Spelen van Londen 2012. De sanering en aanleg van het terrein van het Olympisch Park (nu bekend als het Queen Elizabeth Olympic Park) voorzag in de oprichting van een groot stedelijk habitatgebied met 45 hectare nieuwe habitat voor wilde dieren naast recreatieve ruimte voor bezoekers. Voorafgaand aan de herontwikkeling had de parklocatie veel te lijden van invasieve soorten en vervuiling door eerder industrieel gebruik en bood het weinig sociale of ecologische diensten. Het Biodiversity Action Plan werd opgesteld door het bedrijf voor de levering van Olympic Works (Olympic Delivery Authority) om het parkbeheer te begeleiden. Het plan schetste gezamenlijke doelen voor het behoud van de biodiversiteit, sociaal welzijn en economisch welzijn, waarbij de nadruk werd gelegd op het aanbieden van natuurlijke habitats en educatie van parkbezoekers. Het bevatte een lijst met 'soortaspiraties', of specifieke soorten die het park wilde ondersteunen, wat de planning vergemakkelijkte om specifieke biodiversiteitsdoelen te bereiken.
Context
Uitdagingen
Locatie
Invloeden
In het Olympisch Park werden verschillende habitats hersteld, waaronder grasland, struikgewas en vochtig bos. Het park werd gepositioneerd om de regionale connectiviteit langs de vallei van de rivier de Lee te verbeteren door een keten van bestaande groene ruimten uit te breiden van het Lee Valley Regional Park naar de rivier de Theems. Corridors door het park zorgen voor een verbinding voor wilde dieren rond recreatieve voorzieningen en bebouwing. De inheemse wilde bloemenweiden in het Olympisch Park tijdens de Spelen vormden de inspiratie voor verdere natuurondersteunende elementen in de ontwikkelingsfase van het park en het gebruik van tijdelijke infrastructuur tijdens de Spelen liet ruimte over voor aanvullende elementen daarna. Tijdens de monitoring werden zes streng beschermde vogelsoorten en 91 nationaal schaarse ongewervelde diersoorten geregistreerd, evenals 7 verschillende vleermuissoorten en 20 vlindersoorten. Als onderdeel van soortspecifieke doelen werden in het Park speciale voorzieningen aangebracht, zoals vogel- en vleermuiskasten, amfibieënvijvers, dode boomstammen voor kevers, nestbanken voor ijsvogels en zandmarters en kunstmatige otterholten. Hoewel de biodiversiteitsvoorziening in het Olympisch Park deel uitmaakte van een grootschalig revitalisatieproject, kunnen afzonderlijke elementen, zoals de locatie en het ontwerp van locaties om de regionale connectiviteit te behouden, het gebruik van inheemse planten om de aandacht op biodiversiteit te vestigen en de toevoeging van speciale middelen, ook in kleinschaligere projecten worden toegepast.