Systeem voor vroegtijdige waarschuwing

Onderdelen van het systeem waren het melden van sterfgevallen door jagers en leden van de gemeenschap, het onderzoeken van meldingen door dierenartsen die getraind waren in protocollen voor het verzamelen en behandelen van monsters, het vervoeren van monsters naar nationale laboratoria en het screenen van laboratoria voor het diagnosticeren van ziektes. Voor elk van deze zaken was gespecialiseerde input nodig, maar de coördinatie tussen de entiteiten creëerde het systeem. Tijdens het hele proces werd informatie beheerd en gecommuniceerd. Een protocol voor het verzamelen en rapporteren van karkasgegevens maakte integraal deel uit van het proces en zorgde voor consistente rapportage.

  • Een lokaal team, ondersteund door een wereldwijd programma, zorgde voor continuïteit van het bredere Animal Mortality Monitoring Network en technische expertise om protocollen voor ziekteonderzoek te ontwikkelen en te implementeren.
  • Volledige integratie en steun van Congolese overheidsfunctionarissen van verschillende ministeries hielp bij het prioriteren van de link tussen dier en mens voor resultaten op het gebied van volksgezondheid en natuurbehoud
  • De beschikbaarheid van functionele nationale en internationale laboratoria en de mogelijkheid om specimens snel te verplaatsen, ook vanuit afgelegen gebieden, ondersteunde de diagnostiek bij bedreigde diersoorten.

In deze omgeving waren jagers en sommige leden van de gemeenschap de belangrijkste ogen op het terrein voor het detecteren van sterfte onder wilde dieren, omdat ze als enige mensen aanwezig waren in bosgebieden waar kadavers snel kunnen afsterven, waardoor er een beperkt venster was voor detectie en onderzoek. Hoewel het algemene Animal Mortality Monitoring Network een breder bereik van meldingen had, gaven alleen meldingen die aan bepaalde criteria voldeden (zoals een grote apensoort, de mate van kadaverdegradatie en andere factoren) aanleiding tot ziekteonderzoek, waardoor de schaal van het programma haalbaar en kosteneffectief bleef. Helaas is het opsporen van verklikkerdieren bij wilde dieren, ondanks de aangetoonde waarde ervan, niet routinematig een formeel onderdeel van het toezicht op de volksgezondheid en diergezondheid in veel delen van de wereld, waardoor een kritieke bron van potentiële informatie ontbreekt die vroegtijdige waarschuwing voor ziekterisico's bij mensen en andere diersoorten zou kunnen bevorderen. Training was ook een belangrijk onderdeel van het project, onder andere over bioveiligheidsprotocollen voor veilig ziekteonderzoek en diagnostische screening.