Bewijs door onderzoek

Het opsporen van ziekteverwekkers en ziekten in het kader van de PREDICT- en PREDICT-2-projecten en andere onderzoeksinitiatieven hebben een solide basis opgeleverd over de oorzaken van zoönotische ziekten. In Liberia leverde de vondst van antilichamen tegen het ebolavirus bij een vleermuis het bewijs dat ebola circuleert onder in het wild levende dieren in de West-Afrikaanse regio en het signaal dat er nog steeds risico's bestaan die aandacht voor de volksgezondheid vereisen.

Betrokkenheid en partnerschap van internationale en nationale instellingen zorgden voor de beste praktijken bij onderzoeksactiviteiten. Het National Public Health Institute leverde belangrijk leiderschap ter ondersteuning van de voorlichting over het belang van de Ebola-bevinding. Een andere belangrijke factor waren de voorbeeldpraktijken die door het team van monsternemers werden gedemonstreerd, met veilige hantering en monsterneming en aandacht voor dierenwelzijn, wat op zijn beurt bijdroeg aan een groter bewustzijn van deze aspecten bij de oplettende gemeenschappen.

In het verleden hebben gemeenschappen in Liberia buitenlandse onderzoekers gewantrouwd en hebben ze meestal geen directe toegang tot de bevindingen van onderzoeksactiviteiten. De gemeenschappen waren op de hoogte van de bemonsteringsactiviteiten rond hun dorpen; door met eigen ogen te zien hoe Liberiaanse wetenschappers bij dit werk betrokken waren, stonden ze meer open voor de bevindingen.