Grensoverschrijdend duurzaam toerisme
Om natuurvriendelijk gedrag van bezoekers aan te moedigen en de lokale bevolking bewust te maken van ecosystemen en de gemeenschappelijke geschiedenis van de regio, werden er meerdere maatregelen genomen om samenwerking tussen TB's in de sector duurzaam toerisme te bevorderen: 1) Er werd houten toeristische infrastructuur (wandelpad, uitkijkhut, toren) opgezet, waardoor bezoekers de natuur kunnen ervaren zonder habitats te verstoren. 2) Wandel- en fietsroutes, die profiteren van en de nadruk leggen op de gemeenschappelijke culturele en natuurlijke geschiedenis, werden uitgebreid en bijpassende tweetalige kaarten werden gepubliceerd. 3) Training van TB natuur- en cultuurgidsen zorgde voor waardevolle TB rondleidingen voor elk publiek over verschillende onderwerpen. 4) Om gemeenschappelijke projecten te bevorderen en de coördinatie van het lokale toerisme te verbeteren, werden workshops georganiseerd voor lokale belanghebbenden in het toerisme. Deze maatregelen resulteerden in gecombineerde touraanbiedingen die bezoekers aantrekken, inzicht geven in de regionale geschiedenis en moderne ecosystemen en landschappen, en ten goede komen aan lokale bedrijven. 5) Tot slot resulteerde een betere coördinatie van de public relations van TB onder andere in een gemeenschappelijk logo, reizende tentoonstellingen, een tweetalige homepage en informatieve borden langs de paden om de zichtbaarheid van de regio TB Nationaal Park te vergroten.
Vanaf het begin van de Middeleeuwen tot aan het Congres van Wenen (1814-1815) is het gebied aan de Nederlands-Duitse grens gemeenschappelijk bezit geweest van 12 parochies. De Meinweg weerspiegelt deze gemeenschappelijke geschiedenis nog steeds, wat in combinatie met aantrekkelijke landschapskenmerken (bijv. terrassenlandschappen) en het cluster van beschermde Natura 2000-gebieden een geschikt landschap oplevert voor duurzaam toerisme.
Voor veel belanghebbenden betekent de samenwerking een verschuiving in hun gebruikelijke redenering, die zich vooral concentreert op het aantrekken van zoveel mogelijk bezoekers naar hun eigen organisatie of gemeente. Het bleek het meest motiverend om toerismegerichte belanghebbenden vanaf het begin te integreren als partners, waardoor hun identificatie met en betrokkenheid bij het project toenam. Vergelijkbare overwegingen golden voor de samenwerking van gidsen, hotels en restaurants: ook al waren er enkele gunstige resultaten, het in stand houden van de samenwerking vereiste constante motiverende acties en de samenwerking bleek in verschillende gevallen niet duurzaam. In de toekomst zou aan het begin van het project een gedetailleerder concept voor deze belanghebbenden moeten worden opgesteld. Wat betreft de uitwerking en publicatie van wandel- en fietskaarten, bleek het erg nuttig om vanaf het begin samen te werken met een redacteur om ervoor te zorgen dat de kaarten ook na afloop van het project worden gepubliceerd/gedrukt.