Beperkende maatregelen nemen om de impact van klimaatrisico's te verminderen

Op basis van de resultaten van basisstudies die de klimatologische risico's vaststelden, werden verschillende ecosysteemgebaseerde aanpassings- en verzachtingsmaatregelen geïdentificeerd en werden individuele boeren en gemeenschapsorganisaties gestimuleerd om de verschillende activiteiten te leiden via diverse opleidingen (onder leiding van World Agroforestry (ICRAF)), waaronder:

  1. Het aanleggen van een twee meter brede brandgordel rond alle preferente moederbomen, grote bomen in een bos die fungeren als centrale knooppunten en de communicatie en uitwisseling van voedingsstoffen tussen bomen ondersteunen.
  2. Door boeren beheerde aanpak van boomteelt, genaamd Zai Pits, plantkuilen met een halve maan die boeren met handgereedschap of ploegen en dieren in de hardpanbodem maken. Deze fungeren als microwateropvang, houden ongeveer vier keer de hoeveelheid water vast die normaal van het land afloopt, maar composteren ook, waardoor de productie toeneemt.
  3. Het toevoegen van waterbufferende vegetatie rond het wateropvangreservoir om de windstroming over het reservoir te verminderen en zo de verdamping uit het systeem te verminderen. Het systeem vermindert ook de afvloeiing en verbetert de aanvulling van grondwater door infiltratie.
  4. Technieken voor het opvangen, opslaan en distribueren van regenwater werden geïmplementeerd om de herstelinspanningen te ondersteunen en het tekort aan waterbronnen als gevolg van extreme weersomstandigheden en weinig neerslag op te vangen.

Het is van cruciaal belang om basisstudies uit te voeren om de klimatologische risico's vast te stellen en vervolgens adequate aanpassings- en verzachtingsmaatregelen te selecteren in het licht van de specifieke lokale omstandigheden. Om de meest geschikte en doeltreffende maatregelen te kiezen, is toegang tot voldoende kennis uit nationale en lokale bronnen (inheemse gemeenschappen, nationale instituten en ministeries, lokale NGO's, enz.

  • Door de juiste plant- of herstelmethode toe te passen, zoals geassisteerde natuurlijke regeneratie en voldoende toegang tot hulpbronnen, steeg het overlevingspercentage van 10-48% naar bijna 95% na drie maanden planten. Deze maatregelen worden nu herhaald in andere bossen die eigendom zijn van de gemeenschap en in door de gemeenschap beschermde gebieden (CPA's).
  • Andere beperkingen dan genetische en/of klimatologische moeten zorgvuldig worden onderzocht en aangepakt om de overlevingskans van zaailingen te vergroten (bijv. bosbranden, watertekort, begrazing door wilde en/of gedomesticeerde dieren, inclusief dieren die door seizoensgebonden transhumance komen, enz.)
  • In bepaalde regio's is er maar een kort regenseizoen. Zaailingen die laat in het regenseizoen worden geplant, kunnen daarom moeite hebben om het lange seizoen en de hitte te overleven.
  • Om de overlevingskansen van de zaailingen te vergroten, kunnen maatregelen zoals het aanleggen van een brandgrens of het gebruik van waterbufferende vegetatie nodig zijn.
  • Voor een effectief grootschalig herstel kan het nodig zijn om een door boeren beheerde boomteeltmethode toe te passen en regenwateropvangstructuren op de projectlocaties aan te leggen.