Training over bewakingsinstrumenten voor ziekten bij in het wild levende dieren
De belangrijkste belanghebbenden (waaronder overheidspersoneel van volksgezondheids-, veterinaire en biodiversiteitsdiensten; personeel van reddingscentra voor wilde dieren; velddierenartsen; biologen; laboratoriumtechnici; en inwoners van inheemse gemeenschappen) werden opgeleid om het risico op het overslaan van zoönosen te onderzoeken aan de hand van de USAID PREDICT surveillanceprotocollen. De training omvatte verschillende onderwerpen, waaronder bioveiligheid en het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen (PPE), het vangen van dieren, bemonsteringsmethoden voor verschillende diersoorten, gegevensverzameling, het verpakken en verzenden van monsters, het voorbereid zijn op noodsituaties, systemen voor vroegtijdige waarschuwing en veilige laboratoriumactiviteiten. In alle trainingen over surveillance-instrumenten werd de nadruk gelegd op duidelijke communicatiekanalen. Alle belanghebbenden werden op de hoogte gebracht van de specifieke instanties en personen met wie ze contact moesten opnemen in verband met het risico op ziekten bij in het wild levende dieren, zodat de juiste partijen tijdig en effectief op de hoogte konden worden gebracht.
In Bolivia wordt weinig Engels gesproken door overheidsfunctionarissen en leden van de gemeenschap, dus het was van fundamenteel belang dat lokale trainers de training in het Spaans gaven om het leerproces te vergemakkelijken. Door een One Health-lens toe te passen op de training werd het surveillancesysteem uitgebreid met belanghebbenden die eerder geen deel uitmaakten van het proces. Deze meer inclusieve aanpak vanaf het begin van de training resulteerde in een effectief ziektesurveillancesysteem.
In landen waar opleidings- en actualiseringsmogelijkheden beperkt zijn, vooral voor nieuwe onderwerpen zoals de gezondheid van in het wild levende dieren en toezicht, was het aanbieden van trainingsmogelijkheden aan verschillende belanghebbenden een goede strategie om lokale menselijke capaciteiten en bewustzijn te genereren, terwijl mensen uit verschillende sectoren en geografische gebieden werden betrokken om te helpen bij het toezicht op ziekten bij in het wild levende dieren. Na deze trainingen kregen de juiste belanghebbenden inzicht in wat ze moesten doen als wilde dieren een ziektegeval doormaakten, wie monsters moest nemen, welke veiligheidsmethoden ze moesten toepassen en wat de juiste communicatiekanalen waren. Door het implementeren van multidisciplinaire, intersectorale en interinstitutionele trainingen werden dialoog, goede communicatie en langdurige samenwerking tussen de diverse projectpartners uit verschillende sectoren bevorderd, terwijl de betrokkenheid van de volksgezondheidssector een snelle en efficiënte reactie mogelijk maakte om een spillover event te voorkomen tijdens de gele koorts epizoötie die werd vastgesteld bij brulapen.